Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. berispen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für berispen (Niederländisch) ins Schwedisch

berispen:

berispen Verb (berisp, berispt, berispte, berispten, berispt)

  1. berispen (terechtwijzen; vermanen)
    banna; klandra; tillrättavisa; läxa upp
    • banna Verb (bannar, bannade, bannat)
    • klandra Verb (klandrar, klandrade, klandrat)
    • tillrättavisa Verb (tillrättavisar, tillrättavisade, tillrättavisat)
    • läxa upp Verb (läxer upp, läxte upp, läxt upp)
  2. berispen (vermanen; waarschuwen; manen; terechtwijzen)
    förmana; tillrättavisa; förehålla
    • förmana Verb (förmanar, förmanade, förmanat)
    • tillrättavisa Verb (tillrättavisar, tillrättavisade, tillrättavisat)
    • förehålla Verb (förehåller, förehöll, förehållit)
  3. berispen (aanrekenen; beschuldigen; verwijten; )
    förebrå; klandra; vanära
    • förebrå Verb (förebrår, förebrådde, förebrått)
    • klandra Verb (klandrar, klandrade, klandrat)
    • vanära Verb (vanärar, vanärade, vanärat)

Konjugationen für berispen:

o.t.t.
  1. berisp
  2. berispt
  3. berispt
  4. berispen
  5. berispen
  6. berispen
o.v.t.
  1. berispte
  2. berispte
  3. berispte
  4. berispten
  5. berispten
  6. berispten
v.t.t.
  1. heb berispt
  2. hebt berispt
  3. heeft berispt
  4. hebben berispt
  5. hebben berispt
  6. hebben berispt
v.v.t.
  1. had berispt
  2. had berispt
  3. had berispt
  4. hadden berispt
  5. hadden berispt
  6. hadden berispt
o.t.t.t.
  1. zal berispen
  2. zult berispen
  3. zal berispen
  4. zullen berispen
  5. zullen berispen
  6. zullen berispen
o.v.t.t.
  1. zou berispen
  2. zou berispen
  3. zou berispen
  4. zouden berispen
  5. zouden berispen
  6. zouden berispen
diversen
  1. berisp!
  2. berispt!
  3. berispt
  4. berispend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für berispen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vanära scandaleuze daad; schanddaad; schandelijke daad
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
banna berispen; terechtwijzen; vermanen beknorren
förebrå aanrekenen; aanwrijven; berispen; beschuldigen; blameren; gispen; laken; nadragen; verwijten; voor de voeten gooien; voorhouden aanrekenen
förehålla berispen; manen; terechtwijzen; vermanen; waarschuwen
förmana berispen; manen; terechtwijzen; vermanen; waarschuwen
klandra aanrekenen; aanwrijven; berispen; beschuldigen; blameren; gispen; laken; nadragen; terechtwijzen; vermanen; verwijten; voor de voeten gooien; voorhouden aanklagen; aanmerken; aanrekenen; beschuldigen; betichten; hekelen; ten laste leggen
läxa upp berispen; terechtwijzen; vermanen
tillrättavisa berispen; manen; terechtwijzen; vermanen; waarschuwen beknorren
vanära aanrekenen; aanwrijven; berispen; beschuldigen; blameren; gispen; laken; nadragen; verwijten; voor de voeten gooien; voorhouden dof maken

Verwandte Definitionen für "berispen":

  1. streng zeggen dat je zijn gedrag afkeurt1
    • de leraar berispte ons toen we te laat waren1

Wiktionary Übersetzungen für berispen:


Cross Translation:
FromToVia
berispen skälla ut lambaste — to scold or verbally reprimand
berispen förebrå; förevita; råma; hota gronder — Faire entendre un bruit sourd, parler des animaux, du tonnerre ou du vent.
berispen förebrå; förevita; återbetala; återgälda reprendre — Prendre de nouveau. (Sens général)
berispen förebrå; förevita reprocherimputer la faute à quelqu’un, en l’blâmer, en lui faire des remontrances.
berispen tillrättavisa; förebrå; förevita réprimanderreprendre quelqu’un avec autorité, lui reprocher sa faute.
berispen förebrå; förevita sermonner — (familier, fr) Faire des remontrances ennuyeux et hors de propos.