Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze stijfheid

Synonyms for "stijfheid" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

stijfheid:
- stijfheid; starheid; stugheid; strafheid; stuursheid
stijf:
- stijf; stroef; houterig; stram; stijve; afgemeten praten

Niederländisch

Detailed Synonyms for stijfheid in Niederländisch

stijfheid:

stijfheid [de ~ (v)] Nomen

de stijfheid
de stijfheid; de starheid; de stugheid; strafheid; de stuursheid
- stijfheid [de ~ (v)] Nomen
- starheid [de ~ (v)] Nomen
- stugheid [de ~ (v)] Nomen
- strafheid [znw.] Nomen
- stuursheid [de ~ (v)] Nomen

Verwandte Wörter für "stijfheid":

stijfheden, stijf

stijfheid form of stijf:

stijf Adjektiv

stijf
stijf; stroef; houterig; stram; stijve
- stijf Adjektiv
- stroef Adjektiv
- houterig Adjektiv
- stram Adjektiv
- stijve Adjektiv
stijf
stijf; afgemeten praten
- stijf Adjektiv
- afgemeten praten Adjektiv
stijf

– moeilijk te buigen, niet meegaand ¹
stijf
– moeilijk te buigen, niet meegaand ¹
- stijf Adjektiv
  - ik heb vaak een stijve nek¹
stijf

– onhandig en houterig ¹
stijf
– onhandig en houterig ¹
- stijf Adjektiv
  - ze gedroeg zich nogal stijf in dat gezelschap¹

Verwandte Wörter für "stijf":

stijfheid

Antonyme für "stijf":

flexibel; soepel; vlot

Verwandte Definitionen für "stijf":

moeilijk te buigen, niet meegaand¹
- ik heb vaak een stijve nek¹
onhandig en houterig¹
- ze gedroeg zich nogal stijf in dat gezelschap¹

¹Muiswerk Woordenboek