Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. registreren:
  2. registeren:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für registreren (Niederländisch) ins Spanisch

registreren:

registreren Verb (registreer, registreert, registreerde, registreerden, geregistreerd)

  1. registreren (opschrijven; boeken; noteren; vastleggen; optekenen)
  2. registreren (op schrift stellen; noteren; aantekenen; optekenen; boeken)
  3. registreren
  4. registreren
  5. registreren

Konjugationen für registreren:

o.t.t.
  1. registreer
  2. registreert
  3. registreert
  4. registreren
  5. registreren
  6. registreren
o.v.t.
  1. registreerde
  2. registreerde
  3. registreerde
  4. registreerden
  5. registreerden
  6. registreerden
v.t.t.
  1. heb geregistreerd
  2. hebt geregistreerd
  3. heeft geregistreerd
  4. hebben geregistreerd
  5. hebben geregistreerd
  6. hebben geregistreerd
v.v.t.
  1. had geregistreerd
  2. had geregistreerd
  3. had geregistreerd
  4. hadden geregistreerd
  5. hadden geregistreerd
  6. hadden geregistreerd
o.t.t.t.
  1. zal registreren
  2. zult registreren
  3. zal registreren
  4. zullen registreren
  5. zullen registreren
  6. zullen registreren
o.v.t.t.
  1. zou registreren
  2. zou registreren
  3. zou registreren
  4. zouden registreren
  5. zouden registreren
  6. zouden registreren
en verder
  1. ben geregistreerd
  2. bent geregistreerd
  3. is geregistreerd
  4. zijn geregistreerd
  5. zijn geregistreerd
  6. zijn geregistreerd
diversen
  1. registreer!
  2. registreert!
  3. geregistreerd
  4. registrerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für registreren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
escribir uitschrijven
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
anotar aantekenen; boeken; noteren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen aantekenen; annoteren; inboeken; noteren; opschrijven; optekenen; verzet aantekenen
apuntar aantekenen; boeken; noteren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen aanstrepen; aanwijzen; afvinken; gericht werpen; in een bep. richting plaatsen; inboeken; krieken; mikken; optekenen; richten; vinken; voorzeggen
escribir boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen corresponderen; een briefwisseling hebben; invoeren; kalken; pennen; schrijven; typen
indexar boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen index maken; indexeren; registeren
inscribir boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen aanmelden; graveren; griffelen; griffen; inboeken; inschrijven; met een stift inkrassen; opgeven
poner en papel boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen
poner por escrito aantekenen; boeken; noteren; op schrift stellen; optekenen; registreren boekstaven; te boek stellen
registrar boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen documenteren; doorzoeken; fouilleren; in zich opnemen; inboeken; inschrijven; opgeven; visiteren
registrarse registreren
suscribirse registreren abonneren
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
registrar boeken

Wiktionary Übersetzungen für registreren:

registreren
verb
  1. vastleggen in een register

Cross Translation:
FromToVia
registreren registrar; grabar; alistar; inscribir enregistrermettre, écrire quelque chose sur un registre, ou seulement en prendre note.
registreren adscribir; consignar; matricular inscrireécrire le nom de quelqu’un, ou prendre note, faire mention de quelque chose sur un registre, sur une liste, etc.

registreren form of registeren:

registeren Verb (registreer, registreert, registreerde, registreerden, geregistreerd)

  1. registeren (index maken; indexeren)

Konjugationen für registeren:

o.t.t.
  1. registreer
  2. registreert
  3. registreert
  4. registreren
  5. registreren
  6. registreren
o.v.t.
  1. registreerde
  2. registreerde
  3. registreerde
  4. registreerden
  5. registreerden
  6. registreerden
v.t.t.
  1. heb geregistreerd
  2. hebt geregistreerd
  3. heeft geregistreerd
  4. hebben geregistreerd
  5. hebben geregistreerd
  6. hebben geregistreerd
v.v.t.
  1. had geregistreerd
  2. had geregistreerd
  3. had geregistreerd
  4. hadden geregistreerd
  5. hadden geregistreerd
  6. hadden geregistreerd
o.t.t.t.
  1. zal registeren
  2. zult registeren
  3. zal registeren
  4. zullen registeren
  5. zullen registeren
  6. zullen registeren
o.v.t.t.
  1. zou registeren
  2. zou registeren
  3. zou registeren
  4. zouden registeren
  5. zouden registeren
  6. zouden registeren
en verder
  1. ben geregistreerd
  2. bent geregistreerd
  3. is geregistreerd
  4. zijn geregistreerd
  5. zijn geregistreerd
  6. zijn geregistreerd
diversen
  1. registreer!
  2. registreert!
  3. geregistreerd
  4. registrerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für registeren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
indexar index maken; indexeren; registeren boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen

Verwandte Wörter für "registeren":