Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. zich opwerken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für zich opwerken (Niederländisch) ins Schwedisch

zich opwerken:

zich opwerken Verb

  1. zich opwerken (bevorderd worden; hogerop komen)
    avancera; bli befordrad; befordras
    • avancera Verb (avancerar, avancerade, avancerat)
    • bli befordrad Verb (blir befordrad, blev befordrad, blivit befordrad)
    • befordras Verb (befordras, befordrades, befordrats)

Übersetzung Matrix für zich opwerken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
avancera bevorderd worden; hogerop komen; zich opwerken avanceren; helpen; naderen; promoten; tegemoetkomen; toenaderen; voorschieten; voorwaarts gaan
befordras bevorderd worden; hogerop komen; zich opwerken
bli befordrad bevorderd worden; hogerop komen; zich opwerken promotie maken

Verwandte Übersetzungen für zich opwerken