Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. kostwinnen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kostwinnen (Niederländisch) ins Schwedisch

kostwinnen:

kostwinnen Verb (win kost, wint kost, won kost, wonnen kost, kostgewonnen)

  1. kostwinnen
    tjäna; tjäna pengar
    • tjäna Verb (tjänar, tjänade, tjänat)
    • tjäna pengar Verb (tjänar pengar, tjänade pengar, tjänat pengar)

Konjugationen für kostwinnen:

o.t.t.
  1. win kost
  2. wint kost
  3. wint kost
  4. winnen kost
  5. winnen kost
  6. winnen kost
o.v.t.
  1. won kost
  2. won kost
  3. won kost
  4. wonnen kost
  5. wonnen kost
  6. wonnen kost
v.t.t.
  1. heb kostgewonnen
  2. hebt kostgewonnen
  3. heeft kostgewonnen
  4. hebben kostgewonnen
  5. hebben kostgewonnen
  6. hebben kostgewonnen
v.v.t.
  1. had kostgewonnen
  2. had kostgewonnen
  3. had kostgewonnen
  4. hadden kostgewonnen
  5. hadden kostgewonnen
  6. hadden kostgewonnen
o.t.t.t.
  1. zal kostwinnen
  2. zult kostwinnen
  3. zal kostwinnen
  4. zullen kostwinnen
  5. zullen kostwinnen
  6. zullen kostwinnen
o.v.t.t.
  1. zou kostwinnen
  2. zou kostwinnen
  3. zou kostwinnen
  4. zouden kostwinnen
  5. zouden kostwinnen
  6. zouden kostwinnen
diversen
  1. win kost!
  2. wint kost!
  3. kostgewonnen
  4. kostwinnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kostwinnen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
tjäna kostwinnen bedienen; bedruipen; de kost verdienen; dienen; toekomen; toekomen aan; verdiend hebben; winstmaken
tjäna pengar kostwinnen geld opleveren; inbrengen

Computerübersetzung von Drittern: