Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. geëigend:


Niederländisch

Detailübersetzungen für geëigend (Niederländisch) ins Schwedisch

geëigend:

geëigend Adjektiv

  1. geëigend (geschikt; passend; gepast)
    lämpligt; egendomlig; bra; lämplig; relevant

Übersetzung Matrix für geëigend:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
egendomlig eigenaardige; rare; zonderling
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bra akkoord; oké
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bra gepast; geschikt; geëigend; passend bekwaam; capabel; competent; geschikt; hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit
egendomlig gepast; geschikt; geëigend; passend curieus; eigenaardig; vreemd
lämplig gepast; geschikt; geëigend; passend adequaat; ca.; gepast; geraden; geschikt; geschikte; juist; passend; toepasselijk; treffend
lämpligt gepast; geschikt; geëigend; passend adequaat; ca.; gelegen; gepast; geraden; geschikt; geschikte; juist; passend; toepasselijk; treffend; van pas
relevant gepast; geschikt; geëigend; passend

Verwandte Wörter für "geëigend":

  • geëigende