Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. boosaardigheid:
  2. boosaardig:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für boosaardigheid (Niederländisch) ins Schwedisch

boosaardigheid:

boosaardigheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de boosaardigheid (kwaadaardigheid; slechtheid; kwaadwilligheid; gemeenheid)
    elakhet; illvilja

Übersetzung Matrix für boosaardigheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
elakhet boosaardigheid; gemeenheid; kwaadaardigheid; kwaadwilligheid; slechtheid gemeenheid; laaghartigheid; slechtheid; snoodheid
illvilja boosaardigheid; gemeenheid; kwaadaardigheid; kwaadwilligheid; slechtheid

Verwandte Wörter für "boosaardigheid":


boosaardig:

boosaardig

  1. boosaardig (slecht)

boosaardig Adjektiv

  1. boosaardig
  2. boosaardig (schurkachtig; gemeen; gluiperig; vals; boefachtig)
    rakare; skurkigt
  3. boosaardig (malicieus; verraderlijk)
    dålig; dåligt

Übersetzung Matrix für boosaardig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
rakare harker
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- gemeen; kwaadaardig; laag
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
elak 7 boosaardig; slecht
ond boosaardig; slecht
skadlig boosaardig; slecht
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
dålig boosaardig; malicieus; verraderlijk aan een ziekte lijdend; achterbaks; arm; banaal; bekaaid; er bekaaid afkomen; geniepig; gluiperig; in het geniep; inferieur; laag; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; pover; schamel; slecht; snood; stiekem; tweederangs; vuig; ziek; zwak
dåligt boosaardig; malicieus; verraderlijk aan een ziekte lijdend; achterbaks; arm; banaal; bekaaid; er bekaaid afkomen; gemeen; geniepig; gluiperig; in het geniep; inferieur; laag; min; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; pover; schamel; slecht; snood; stiekem; tweederangs; vals; vuig; ziek; zwak
illvillig boosaardig hatelijk; kwalijk; snood; stekelig; vijandig
ond gebelgd; gekwetst; misnoegd; verontwaardigd; verstoord
ondskefull boosaardig kwaadgezind; kwalijk; snood
ondskefullt boosaardig kwaadgezind; kwalijk; liederlijk; onzedelijk; snood; verdorven; verregaand zedenloos
rakare boefachtig; boosaardig; gemeen; gluiperig; schurkachtig; vals
skadlig aantastend; ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; schade berokkenend; schadelijk; tegenslag; tegenspoed; terugslag
skurkigt boefachtig; boosaardig; gemeen; gluiperig; schurkachtig; vals ploerterig; smiechterig

Verwandte Wörter für "boosaardig":


Synonyms for "boosaardig":


Antonyme für "boosaardig":


Verwandte Definitionen für "boosaardig":

  1. met slechte bedoelingen1
    • dat is een boosaardig plan1

Wiktionary Übersetzungen für boosaardig:


Cross Translation:
FromToVia
boosaardig elak; ond evil — intending to harm
boosaardig elak mean — causing or intending to cause intentional harm
boosaardig lömsk; elak bösartig — böse, schlecht geartet
boosaardig malign maligneMedizin: bösartig

Computerübersetzung von Drittern: