Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. verwelken:


Niederländisch

Detailed Synonyms for verwelken in Niederländisch

verwelken:

verwelken Verb (verwelk, verwelkt, verwelkte, verwelkten, verwelkt)

  1. verwelken
    verwelken; verkommeren; verdorren; verleppen
    • verwelken Verb (verwelk, verwelkt, verwelkte, verwelkten, verwelkt)
    • verkommeren Verb (verkommer, verkommert, verkommerde, verkommerden, verkommerd)
    • verdorren Verb (verdor, verdort, verdorde, verdorden, verdord)
    • verleppen Verb (verlep, verlept, verlepte, verlepten, verlept)

Konjugationen für verwelken:

o.t.t.
  1. verwelk
  2. verwelkt
  3. verwelkt
  4. verwelken
  5. verwelken
  6. verwelken
o.v.t.
  1. verwelkte
  2. verwelkte
  3. verwelkte
  4. verwelkten
  5. verwelkten
  6. verwelkten
v.t.t.
  1. ben verwelkt
  2. bent verwelkt
  3. is verwelkt
  4. zijn verwelkt
  5. zijn verwelkt
  6. zijn verwelkt
v.v.t.
  1. was verwelkt
  2. was verwelkt
  3. was verwelkt
  4. waren verwelkt
  5. waren verwelkt
  6. waren verwelkt
o.t.t.t.
  1. zal verwelken
  2. zult verwelken
  3. zal verwelken
  4. zullen verwelken
  5. zullen verwelken
  6. zullen verwelken
o.v.t.t.
  1. zou verwelken
  2. zou verwelken
  3. zou verwelken
  4. zouden verwelken
  5. zouden verwelken
  6. zouden verwelken
diversen
  1. verwelk!
  2. verwelkt!
  3. verwelkt
  4. verwelkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze