Niederländisch
Detailed Synonyms for verhogen in Niederländisch
verhogen:
-
verhogen
-
verhogen
-
verhogen
– hoger maken 1
Konjugationen für verhogen:
o.t.t.
- verhoog
- verhoogt
- verhoogt
- verhogen
- verhogen
- verhogen
o.v.t.
- verhoogde
- verhoogde
- verhoogde
- verhoogden
- verhoogden
- verhoogden
v.t.t.
- heb verhoogd
- hebt verhoogd
- heeft verhoogd
- hebben verhoogd
- hebben verhoogd
- hebben verhoogd
v.v.t.
- had verhoogd
- had verhoogd
- had verhoogd
- hadden verhoogd
- hadden verhoogd
- hadden verhoogd
o.t.t.t.
- zal verhogen
- zult verhogen
- zal verhogen
- zullen verhogen
- zullen verhogen
- zullen verhogen
o.v.t.t.
- zou verhogen
- zou verhogen
- zou verhogen
- zouden verhogen
- zouden verhogen
- zouden verhogen
diversen
- verhoog!
- verhoogt!
- verhoogd
- verhogend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het verhogen