Niederländisch
Detailed Synonyms for toegedekt zijn in Niederländisch
toegedekt zijn:
toegedekt zijn Verb (ben toegedekt, bent toegedekt, was toegedekt, waren toegedekt, toegedekt geweest)
-
toegedekt zijn
toegedekt zijn-
toegedekt zijn Verb (ben toegedekt, bent toegedekt, was toegedekt, waren toegedekt, toegedekt geweest)
-
Konjugationen für toegedekt zijn:
o.t.t.
- ben toegedekt
- bent toegedekt
- bent toegedekt
- zijn toegedekt
- zijn toegedekt
- zijn toegedekt
o.v.t.
- was toegedekt
- was toegedekt
- was toegedekt
- waren toegedekt
- waren toegedekt
- waren toegedekt
v.t.t.
- ben toegedekt geweest
- bent toegedekt geweest
- is toegedekt geweest
- zijn toegedekt geweest
- zijn toegedekt geweest
- zijn toegedekt geweest
v.v.t.
- was toegedekt geweest
- was toegedekt geweest
- was toegedekt geweest
- waren toegedekt geweest
- waren toegedekt geweest
- waren toegedekt geweest
o.t.t.t.
- zal toegedekt zijn
- zult toegedekt zijn
- zal toegedekt zijn
- zullen toegedekt zijn
- zullen toegedekt zijn
- zullen toegedekt zijn
o.v.t.t.
- zou toegedekt zijn
- zou toegedekt zijn
- zou toegedekt zijn
- zouden toegedekt zijn
- zouden toegedekt zijn
- zouden toegedekt zijn
diversen
- ben toegedekt!
- bent toegedekt!
- toegedekt geweest
- toegedekt zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze