Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze tijd

Synonyms for "tijd" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

tijd:
- tijd; periode; poos
- oer; tijd

Niederländisch

Detailed Synonyms for tijd in Niederländisch

tijd:

tijd [de ~ (m)] Nomen

de tijd
de tijd
- tijd [de ~ (m)] Nomen
de tijd

– reeks van momenten ¹
de tijd; de periode; de poos
– reeks van momenten ¹
- tijd [de ~ (m)] Nomen
  - dat is een tijd geleden¹
- periode [de ~ (v)] Nomen
  - het was een drukke periode¹
- poos [de ~] Nomen
  - ze bleef een hele poos weg¹
de tijd

– vorm van het werkwoord die aangeeft wanneer de zin zich afspeelt ¹
de tijd
– vorm van het werkwoord die aangeeft wanneer de zin zich afspeelt ¹
- tijd [de ~ (m)] Nomen
  - deze zin staat in de tegenwoordige tijd¹
de tijd

– punt of plaats in reeks van momenten ¹
de tijd
– punt of plaats in reeks van momenten ¹
- tijd [de ~ (m)] Nomen
  - gisteren om deze tijd regende het¹

tijd

tijd
oer; tijd
- oer Adjektiv
- tijd

Verwandte Wörter für "tijd":

tijden, tijds

Alternate Synonyms for "tijd":

tijdstip
periode; poos

Verwandte Definitionen für "tijd":

reeks van momenten¹
- dat is een tijd geleden¹
vorm van het werkwoord die aangeeft wanneer de zin zich afspeelt¹
- deze zin staat in de tegenwoordige tijd¹
punt of plaats in reeks van momenten¹
- gisteren om deze tijd regende het¹

Related Synonyms for tijd

¹Muiswerk Woordenboek