Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. stileren:


Niederländisch

Detailed Synonyms for stileren in Niederländisch

stileren:

stileren Verb (stileer, stileert, stileerde, stileerden, gestileerd)

  1. stileren
    stileren
    • stileren Verb (stileer, stileert, stileerde, stileerden, gestileerd)

Konjugationen für stileren:

o.t.t.
  1. stileer
  2. stileert
  3. stileert
  4. stileren
  5. stileren
  6. stileren
o.v.t.
  1. stileerde
  2. stileerde
  3. stileerde
  4. stileerden
  5. stileerden
  6. stileerden
v.t.t.
  1. heb gestileerd
  2. hebt gestileerd
  3. heeft gestileerd
  4. hebben gestileerd
  5. hebben gestileerd
  6. hebben gestileerd
v.v.t.
  1. had gestileerd
  2. had gestileerd
  3. had gestileerd
  4. hadden gestileerd
  5. hadden gestileerd
  6. hadden gestileerd
o.t.t.t.
  1. zal stileren
  2. zult stileren
  3. zal stileren
  4. zullen stileren
  5. zullen stileren
  6. zullen stileren
o.v.t.t.
  1. zou stileren
  2. zou stileren
  3. zou stileren
  4. zouden stileren
  5. zouden stileren
  6. zouden stileren
en verder
  1. ben gestileerd
  2. bent gestileerd
  3. is gestileerd
  4. zijn gestileerd
  5. zijn gestileerd
  6. zijn gestileerd
diversen
  1. stileer!
  2. stileert!
  3. gestileerd
  4. stilerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze