Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. steriliseren:


Niederländisch

Detailed Synonyms for steriliseren in Niederländisch

steriliseren:

steriliseren Verb (steriliseer, steriliseert, steriliseerde, steriliseerden, gestiriliseerd)

  1. steriliseren
    steriliseren; steriel maken; kiemvrij maken
    • steriliseren Verb (steriliseer, steriliseert, steriliseerde, steriliseerden, gestiriliseerd)
    • steriel maken Verb (maak steriel, maakt steriel, maakte steriel, maakten steriel, steriel gemaakt)
    • kiemvrij maken Verb (maak kiemvrij, maakt kiemvrij, maakte kiemvrij, maakten kiemvrij, kiemvrij gemaakt)

Konjugationen für steriliseren:

o.t.t.
  1. steriliseer
  2. steriliseert
  3. steriliseert
  4. steriliseren
  5. steriliseren
  6. steriliseren
o.v.t.
  1. steriliseerde
  2. steriliseerde
  3. steriliseerde
  4. steriliseerden
  5. steriliseerden
  6. steriliseerden
v.t.t.
  1. heb gestiriliseerd
  2. hebt gestiriliseerd
  3. heeft gestiriliseerd
  4. hebben gestiriliseerd
  5. hebben gestiriliseerd
  6. hebben gestiriliseerd
v.v.t.
  1. had gestiriliseerd
  2. had gestiriliseerd
  3. had gestiriliseerd
  4. hadden gestiriliseerd
  5. hadden gestiriliseerd
  6. hadden gestiriliseerd
o.t.t.t.
  1. zal steriliseren
  2. zult steriliseren
  3. zal steriliseren
  4. zullen steriliseren
  5. zullen steriliseren
  6. zullen steriliseren
o.v.t.t.
  1. zou steriliseren
  2. zou steriliseren
  3. zou steriliseren
  4. zouden steriliseren
  5. zouden steriliseren
  6. zouden steriliseren
en verder
  1. ben gestiriliseerd
  2. bent gestiriliseerd
  3. is gestiriliseerd
  4. zijn gestiriliseerd
  5. zijn gestiriliseerd
  6. zijn gestiriliseerd
diversen
  1. steriliseer!
  2. steriliseert!
  3. gestiriliseerd
  4. steriliseremd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze