Niederländisch
Detailed Synonyms for reëel in Niederländisch
reëel:
-
reëel
effectief; reëel; werkelijk; metterdaad; warempel; echt; heus; waarachtig; waar-
effectief Adjektiv
-
reëel Adjektiv
-
werkelijk Adjektiv
-
metterdaad adv
-
warempel adv
-
echt Adjektiv
-
heus Adjektiv
-
waarachtig Adjektiv
-
waar Adjektiv
-
-
reëel
-
reëel
echt; zeker; waarlijk; stellig; beslist; wel degelijk; reëel; waarachtig; voorzeker; vast en zeker; welzeker; gewis; geheid; heus-
echt Adjektiv
-
zeker Adjektiv
-
waarlijk adv
-
stellig Adjektiv
-
beslist Adjektiv
-
wel degelijk Adjektiv
-
reëel Adjektiv
-
waarachtig Adjektiv
-
voorzeker adv
-
vast en zeker Adjektiv
-
welzeker adv
-
gewis Adjektiv
-
geheid Adjektiv
-
heus Adjektiv
-
-
reëel