Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. kwelen:
  2. kwel:


Niederländisch

Detailed Synonyms for kwelen in Niederländisch

kwelen:

kwelen Verb (kweel, kweelt, kweelde, kweelden, gekweeld)

  1. kwelen
    kwelen
    • kwelen Verb (kweel, kweelt, kweelde, kweelden, gekweeld)

Konjugationen für kwelen:

o.t.t.
  1. kweel
  2. kweelt
  3. kweelt
  4. kwelen
  5. kwelen
  6. kwelen
o.v.t.
  1. kweelde
  2. kweelde
  3. kweelde
  4. kweelden
  5. kweelden
  6. kweelden
v.t.t.
  1. heb gekweeld
  2. hebt gekweeld
  3. heeft gekweeld
  4. hebben gekweeld
  5. hebben gekweeld
  6. hebben gekweeld
v.v.t.
  1. had gekweeld
  2. had gekweeld
  3. had gekweeld
  4. hadden gekweeld
  5. hadden gekweeld
  6. hadden gekweeld
o.t.t.t.
  1. zal kwelen
  2. zult kwelen
  3. zal kwelen
  4. zullen kwelen
  5. zullen kwelen
  6. zullen kwelen
o.v.t.t.
  1. zou kwelen
  2. zou kwelen
  3. zou kwelen
  4. zouden kwelen
  5. zouden kwelen
  6. zouden kwelen
diversen
  1. kweel!
  2. kweelt!
  3. gekweeld
  4. kwelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwandte Wörter für "kwelen":


kwel:

kwel [de ~] Nomen

  1. de kwel
    de droefenis; het ongeluk; de rouw; het leed; de smart; de pijn; het kruis; de kwel
  2. de kwel
    de ellende; de misère; de kommer; de kwel

Verwandte Wörter für "kwel":