Übersicht
Niederländisch Synonyms: mehr Daten
-
band:
- band; binding; het gebonden zijn; gebondenheid; volume; boekdeel; deel; boek; verbinding; relatie; link; verband; samenhang; liaison; connectie; aansluiting; correlatie; bondgenootschap; liga; verbond; verdrag; federatie; akkoord; pact; bond; unie; plakband; kleefband; tape
- band
Niederländisch
Detailed Synonyms for band in Niederländisch
band:
-
de band
-
de band
-
de band
-
de band
-
de band
de verbinding; de relatie; de link; het verband; de samenhang; de liaison; de connectie; de aansluiting; de band -
de band
-
de band
-
de band
-
de band
-
de band
– lint voor in een cassette- of videorecorder 1 -
de band
– omslag van een boek 1 -
de band
– reep of strook 1 -
de band
– ring van rubber, gevuld met lucht 1 -
de band
– gevoel dat je bij elkaar hoort 1