Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. verricht:
  2. verrichten:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verricht (Niederländisch) ins Französisch

verricht:


verrichten:

verrichten Verb (verricht, verrichtte, verrichtten, verricht)

  1. verrichten (doen; uitvoeren; handelen; uitrichten)
    faire; accomplir; exécuter; réaliser; s'acquitter de
    • faire Verb (fais, fait, faisons, faites, )
    • accomplir Verb (accomplis, accomplit, accomplissons, accomplissez, )
    • exécuter Verb (exécute, exécutes, exécutons, exécutez, )
    • réaliser Verb (réalise, réalises, réalisons, réalisez, )

Konjugationen für verrichten:

o.t.t.
  1. verricht
  2. verricht
  3. verricht
  4. verrichten
  5. verrichten
  6. verrichten
o.v.t.
  1. verrichtte
  2. verrichtte
  3. verrichtte
  4. verrichtten
  5. verrichtten
  6. verrichtten
v.t.t.
  1. heb verricht
  2. hebt verricht
  3. heeft verricht
  4. hebben verricht
  5. hebben verricht
  6. hebben verricht
v.v.t.
  1. had verricht
  2. had verricht
  3. had verricht
  4. hadden verricht
  5. hadden verricht
  6. hadden verricht
o.t.t.t.
  1. zal verrichten
  2. zult verrichten
  3. zal verrichten
  4. zullen verrichten
  5. zullen verrichten
  6. zullen verrichten
o.v.t.t.
  1. zou verrichten
  2. zou verrichten
  3. zou verrichten
  4. zouden verrichten
  5. zouden verrichten
  6. zouden verrichten
diversen
  1. verricht!
  2. verricht!
  3. verricht
  4. verrichtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verrichten:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
accomplir doen; handelen; uitrichten; uitvoeren; verrichten afkrijgen; afleggen; afmaken; afronden; afwerken; bedingen; bewerkstelligen; beëindigen; completeren; een einde maken aan; fixen; klaarkrijgen; klaarmaken; klaarspelen; lappen; meters maken; realiseren; totstandbrengen; verwerkelijken; verwezenlijken; volbrengen; volmaken; voltooien; voltrekken; voor elkaar krijgen; waarmaken; zich voltrekken
exécuter doen; handelen; uitrichten; uitvoeren; verrichten afkrijgen; afmaken; afronden; afwerken; arbeiden; bedingen; bewerkstelligen; beëindigen; completeren; doodschieten; doodvonnis uitvoeren; een einde maken aan; executeren; fixen; klaarkrijgen; klaarmaken; klaarspelen; koudmaken; lappen; liquideren; om het leven brengen; ombrengen; plegen; ter dood brengen; terechtstellen; uit de weg ruimen; uitvoeren; vermoorden; volbrengen; volmaken; voltooien; voltrekken; volvoeren; voor elkaar krijgen; werken; zich voltrekken
faire doen; handelen; uitrichten; uitvoeren; verrichten aandoen; aanrichten; aanstichten; aanvangen; afkrijgen; afmaken; afronden; afwerken; beginnen; beoefenen; berokkenen; beëindigen; completeren; een einde maken aan; in het leven roepen; klaarkrijgen; klaarmaken; maken; plegen; praktiseren; scheppen; sport uitoefenen; starten; tot stand brengen; uitoefenen; van start gaan; veroorzaken; volbrengen; volmaken; voltooien; voor elkaar krijgen
réaliser doen; handelen; uitrichten; uitvoeren; verrichten arbeiden; bedingen; begrijpen; behalen; bewerkstelligen; fixen; iets bemachtigen; in het leven roepen; inzien; klaarspelen; lappen; maken; met het verstand vatten; realiseren; regisseren; scheppen; snappen; te pakken krijgen; ten gelde maken; tot stand brengen; tot stand komen; totstandbrengen; verkrijgen; verwerkelijken; verwezenlijken; voor elkaar krijgen; werken; winnen; zich voltrekken
s'acquitter de doen; handelen; uitrichten; uitvoeren; verrichten aanzuiveren; afkrijgen; afmaken; afronden; afwerken; betalen; beëindigen; completeren; een einde maken aan; genoegdoen; klaarkrijgen; klaarmaken; kwijten; nabetalen; vereffenen; volbrengen; voldoen; volmaken; voltooien; zich kwijten
- uitvoeren

Synonyms for "verrichten":


Verwandte Definitionen für "verrichten":

  1. het (volgens plan) maken of doen1
    • jullie hebben prachtig werk verricht1


Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für verricht