Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->übersetze pompeus

übersetze pompeus von Niederländische ins Spanisch

Übersicht

Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten

pompeus:
- ostentoso; hinchado; pomposo; grandilocuente; fastuoso; bambollero; rimbombante; altisonante; altilocuente
Wiktionary:
- pompeus → grandioso, magnífico, bellísimo, soberbio

Niederländisch

Detailübersetzungen für pompeus (Niederländisch) ins Spanisch

pompeus:

pompeus Adjektiv

pompeus (bombastisch; hoogdravend; opgeblazen; gezwollen)
ostentoso; hinchado; pomposo; grandilocuente; fastuoso; bambollero; rimbombante; altisonante; altilocuente
- ostentoso Adjektiv
- hinchado Adjektiv
- pomposo Adjektiv
- grandilocuente Adjektiv
- fastuoso Adjektiv
- bambollero Adjektiv
- rimbombante Adjektiv
- altisonante Adjektiv
- altilocuente Adjektiv

Übersetzung Matrix für pompeus:

Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
altilocuente	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus
altisonante	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus
bambollero	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus	opschepperig; protsend; protserig; schreeuwerig
fastuoso	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus	glorierijk; luisterrijk; lustrijk; luxueus; magnifiek; prachtig; riant; schitterend; weelderig; welig
grandilocuente	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus
hinchado	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus	afgesloten; corpulent; dicht; dik; gesloten; gezet; gezwollen; lijvig; opgeblazen; opgebold; opgezet; opgezet dier; opgezwollen; toe; verzadigd; vol; volgegeten; zwaarlijvig
ostentoso	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus	opschepperig; opzichtig; ostentatief; protsend; protserig; schreeuwerig
pomposo	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus	zwaarwichtig
rimbombante	bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus

Wiktionary Übersetzungen für pompeus:

Cross Translation:

From	To	Via
• pompeus	→ grandioso; magnífico; bellísimo; soberbio	↔ magnifique — Qui est plein de magnificence, somptueux.