Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. struinen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für struinen (Niederländisch) ins Englisch

struinen:

struinen Verb (struin, struint, struinde, struinden, gestruind)

  1. struinen (rondneuzen; rondkijken; om zich heen kijken; rondscharrelen; rondsnuffelen)
    snoop; to wander; to nose about; to search about; to rove about; to look about; to roam about; poke about
    • snoop Verb
    • wander Verb (wanders, wandered, wandering)
    • nose about Verb (noses about, nosed about, nosing about)
    • search about Verb (searches about, searched about, searching about)
    • rove about Verb (roves about, roved about, roving about)
    • look about Verb (looks about, looked about, looking about)
    • roam about Verb (roams about, roamed about, roaming about)
    • poke about Verb

Konjugationen für struinen:

o.t.t.
  1. struin
  2. struint
  3. struint
  4. struinen
  5. struinen
  6. struinen
o.v.t.
  1. struinde
  2. struinde
  3. struinde
  4. struinden
  5. struinden
  6. struinden
v.t.t.
  1. heb gestruind
  2. hebt gestruind
  3. heeft gestruind
  4. hebben gestruind
  5. hebben gestruind
  6. hebben gestruind
v.v.t.
  1. had gestruind
  2. had gestruind
  3. had gestruind
  4. hadden gestruind
  5. hadden gestruind
  6. hadden gestruind
o.t.t.t.
  1. zal struinen
  2. zult struinen
  3. zal struinen
  4. zullen struinen
  5. zullen struinen
  6. zullen struinen
o.v.t.t.
  1. zou struinen
  2. zou struinen
  3. zou struinen
  4. zouden struinen
  5. zouden struinen
  6. zouden struinen
en verder
  1. ben gestruind
  2. bent gestruind
  3. is gestruind
  4. zijn gestruind
  5. zijn gestruind
  6. zijn gestruind
diversen
  1. struin!
  2. struint!
  3. gestruind
  4. struinend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für struinen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
look about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
nose about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen neuzen; speuren
poke about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
roam about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
rove about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen zwalken
search about om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
snoop om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
wander om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen aan de zwerf zijn; dwalen; rondzwerven; zwalken; zwerven