Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. banjeren:
  2. banjer:


Niederländisch

Detailübersetzungen für banjeren (Niederländisch) ins Englisch

banjeren:

banjeren Verb

  1. banjeren
    to pace
    • pace Verb (paces, paced, pacing)

Übersetzung Matrix für banjeren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
pace draf; gang van een paard; telgang; tred
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
pace banjeren

Verwandte Wörter für "banjeren":


banjeren form of banjer:

banjer [de ~ (m)] Nomen

  1. de banjer
    the toff; the swell

Übersetzung Matrix für banjer:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
swell banjer bult; deining; heuvel; op en neer bewegen; schommeling; wiegeling; zeegang
toff banjer
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
swell dik worden; expanderen; openen; opzwellen; uitbouwen; uitbreiden; uitdijen; uitzwellen; verbreiden; vermeerderen; verruimen; verwijden
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
swell fantastisch; super; supergaaf
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
swell fantastisch; gelikt; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; picobello; piekfijn; schitterend; tiptop; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk

Verwandte Wörter für "banjer":