Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. stempel zetten:


Niederländisch

Detailübersetzungen für stempel zetten (Niederländisch) ins Deutsch

stempel zetten:

stempel zetten Verb

  1. stempel zetten (stempelen)
    stempeln; abstempeln
    • stempeln Verb (stempele, stempelst, stempelt, stempelte, stempeltet, gestempelt)
    • abstempeln Verb (stempele ab, stempelst ab, stempelt ab, stempelte ab, stempeltet ab, abgestempelt)

Übersetzung Matrix für stempel zetten:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abstempeln stempel zetten; stempelen afstempelen; stempel opdrukken; stempelen
stempeln stempel zetten; stempelen afstempelen; keurmerken; stempel drukken op; stempel opdrukken; stempelen; werkeloos zijn

Verwandte Übersetzungen für stempel zetten