Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. roffel:
  2. roffelen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für roffel (Niederländisch) ins Deutsch

roffel:

roffel [de ~ (m)] Nomen

  1. de roffel
    der Trommelwirbel

Übersetzung Matrix für roffel:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Trommelwirbel roffel tromgeroffel

Verwandte Wörter für "roffel":

  • roffelen, roffels, roffeltje, roffeltjes

roffel form of roffelen:

roffelen Verb (roffel, roffelt, roffelde, roffelden, geroffeld)

  1. roffelen (trommelen; de trom roeren)
    trommeln; wirbeln; rasseln; einenWirbelschlagen
    • trommeln Verb (trommele, trommelst, trommelt, trommelte, trommeltet, getrommelt)
    • wirbeln Verb (wirbele, wirbelst, wirbelt, wirbelte, wirbeltet, gewirbelt)
    • rasseln Verb (rassele, rasselst, rasselt, rasselte, rasseltet, gerasselt)

Konjugationen für roffelen:

o.t.t.
  1. roffel
  2. roffelt
  3. roffelt
  4. roffelen
  5. roffelen
  6. roffelen
o.v.t.
  1. roffelde
  2. roffelde
  3. roffelde
  4. roffelden
  5. roffelden
  6. roffelden
v.t.t.
  1. heb geroffeld
  2. hebt geroffeld
  3. heeft geroffeld
  4. hebben geroffeld
  5. hebben geroffeld
  6. hebben geroffeld
v.v.t.
  1. had geroffeld
  2. had geroffeld
  3. had geroffeld
  4. hadden geroffeld
  5. hadden geroffeld
  6. hadden geroffeld
o.t.t.t.
  1. zal roffelen
  2. zult roffelen
  3. zal roffelen
  4. zullen roffelen
  5. zullen roffelen
  6. zullen roffelen
o.v.t.t.
  1. zou roffelen
  2. zou roffelen
  3. zou roffelen
  4. zouden roffelen
  5. zouden roffelen
  6. zouden roffelen
diversen
  1. roffel!
  2. roffelt!
  3. geroffeld
  4. roffelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für roffelen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
einenWirbelschlagen de trom roeren; roffelen; trommelen aanmodderen; prutsen; rommelen
rasseln de trom roeren; roffelen; trommelen aanmodderen; kletteren; prutsen; rammelen; reutelen; rochelen; rommelen
trommeln de trom roeren; roffelen; trommelen aanmodderen; prutsen; rommelen
wirbeln de trom roeren; roffelen; trommelen aanmodderen; draaien; dwarrelen; kolken; naar beneden zweven; prutsen; rommelen; ronddraaien; rondtollen; tollen; wervelen; wielen; zwieren

Verwandte Wörter für "roffelen":


Wiktionary Übersetzungen für roffelen:


Cross Translation:
FromToVia
roffelen wirbeln roll — to beat with rapid, continuous strokes, as a drum