Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. pafferig:


Niederländisch

Detailübersetzungen für pafferig (Niederländisch) ins Deutsch

pafferig:

pafferig Adjektiv

  1. pafferig

Übersetzung Matrix für pafferig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aufgebläht pafferig aanmatigend; arrogant; fier; flink; geringschattend; glorieus; groots; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; opschepperig; opzichtig; prat; protsend; protserig; schreeuwerig; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
aufgedunsen pafferig bol; bolstaand; gezwollen; opgeblazen; opgezet; opgezet dier; opgezwollen

Verwandte Wörter für "pafferig":

  • pafferigheid, pafferige

Computerübersetzung von Drittern: