Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. huiverigheid:
  2. huiverig:


Niederländisch

Detailübersetzungen für huiverigheid (Niederländisch) ins Deutsch

huiverigheid:

huiverigheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de huiverigheid
    die Scheu; der Schauder; Grausen

Übersetzung Matrix für huiverigheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Grausen huiverigheid
Schauder huiverigheid huiveringen; rillingen
Scheu huiverigheid bedeesdheid; beschroomdheid; bevreesdheid; gegeneerdheid; geslotenheid; gêne; schroom; schuwheid; timiditeit; verlegenheid

Verwandte Wörter für "huiverigheid":


huiverig:

huiverig Adjektiv

  1. huiverig

Übersetzung Matrix für huiverig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fröstelig huiverig kouwelijk
sich scheuen huiverig
zögernd huiverig aarzelend; besluitloos; dralend; halfslachtig; langzaam; leuterig; met tegenzin; niet graag; ongaarne; onstandvastig; slepend; talmend; traag; treuzelachtig; treuzelend; twijfelmoedig; wankelmoedig; weifelend

Verwandte Wörter für "huiverig":