Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. deugnieten:
  2. deugniet:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für deugnieten (Niederländisch) ins Deutsch

deugnieten:

deugnieten [de ~] Nomen, Plural

  1. de deugnieten (gladakkers; boefjes; guiten; schavuiten)
    der Schalke; der Schelme; der Schurken

Übersetzung Matrix für deugnieten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Schalke boefjes; deugnieten; gladakkers; guiten; schavuiten grappenmakers; guiten; komedianten; komieken; olijkerds; paljassen; picaro; schavuit; schelm
Schelme boefjes; deugnieten; gladakkers; guiten; schavuiten schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen
Schurken boefjes; deugnieten; gladakkers; guiten; schavuiten achterbakse personen; boeven; onbetrouwbare kerels; rabauwen; rotzakken; schoeljes; schoften; schurken; smeerlappen; smiechten; varkens; viezeriken; zwijnen

Verwandte Wörter für "deugnieten":


deugniet:

deugniet [de ~ (m)] Nomen

  1. de deugniet (guit; stinkerd; snaak; rakker)
    der Schmutzfink; der Lausbub; der Schalk; der Ekel; der Taugenichts; der Lump; der Schurke; der Iltis; der Schmierfink; der Scherzbold
  2. de deugniet (kwajongen; boefje; bengel; )
    die Rotznase; der Lausbub; der Bengel; der Schelm

Übersetzung Matrix für deugniet:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Bengel bengel; boefje; deugniet; kwajongen; ondeugd; schavuit; schelm; vlegel bengels; jongen; rakker; rekel; stouterd; vlegels
Ekel deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd afgrijzen; ellendeling; engerd; fielt; geitenbreier; griezel; griezeltje; gruwen; hork; kinkel; klier; kreng; lomperd; mispunt; naarling; proleet; rotzak; schoft; schurk; smeerlap; smiecht; stinkerd; stuk ongeluk; vlegel; walging; weerzin; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
Iltis deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd bunzing; fielt; mispunt; naarling; rotzak; schoft; smeerlap; smiecht; stinkerd
Lausbub bengel; boefje; deugniet; guit; kwajongen; ondeugd; rakker; schavuit; schelm; snaak; stinkerd; vlegel
Lump deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd bandiet; boosdoener; booswicht; eikel; ellendeling; fielt; heikneuter; hond; hork; hufter; kinkel; klier; klootzak; kreng; lomperd; lul; mispunt; naarling; onverlaat; proleet; rotzak; schobbejak; schoelje; schoft; schurk; slechtaard; slodder; slodderkous; sloddervos; slons; smeerlap; smiecht; snoodaard; sodemieter; stinkerd; stuk ongeluk; vlegel
Rotznase bengel; boefje; deugniet; kwajongen; ondeugd; schavuit; schelm; vlegel neus waaruit snot druipt; snotneus
Schalk deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd achterlijke; boef; dommerik; dwaas; fielt; gek; grappenmaker; guit; idioot; komiek; lolbroek; mallerd; malloot; mispunt; naarling; olijkerd; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; paljas; pias; picaro; potsenmaker; rotzak; schalk; schavuit; schelm; schobbejak; schoft; schurk; simpele ziel; smeerlap; smiecht; snaak; snaken; spitsboef; stinkerd; uilenspiegel; zot; zottin
Schelm bengel; boefje; deugniet; kwajongen; ondeugd; schavuit; schelm; vlegel boef; fielt; grappenmaker; guit; jongen; komiek; mallerd; mispunt; naarling; olijkerd; paljas; pias; picaro; rakker; rekel; rotzak; schavuit; schelm; schobbejak; schoft; schurk; smeerlap; smiecht; snaak; stinkerd; stouterd; uilenspiegel
Scherzbold deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd grappenmaker; guit; komiek; mallerd; olijkerd; paljas; pias; schalk; snaak; uilenspiegel
Schmierfink deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd fielt; knoeipot; mispunt; morser; naarling; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; stinkerd; viezerik; zwijn
Schmutzfink deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd fielt; mispunt; morspot; naarling; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; stinkerd; viespoes; viezerik; zwijn
Schurke deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd boef; eikel; fielt; galgenbrok; galgentronie; gemenerik; hond; klootzak; lul; rabauw; rekel; schobbejak; schoelje; schoft; schurk; smeerlap; snaak; stouterd
Taugenichts deugniet; guit; rakker; snaak; stinkerd boef; fielt; geitenbreier; jongen; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; mispunt; naarling; nietsnut; niksnut; rakker; rotzak; schobbejak; schoft; schurk; slampamper; slapkous; smeerlap; smiecht; stinkerd; stouterd

Verwandte Wörter für "deugniet":


Synonyms for "deugniet":


Verwandte Definitionen für "deugniet":

  1. iemand die stout is1
    • de deugniet heeft een spin in de soep gedaan1

Wiktionary Übersetzungen für deugniet:

deugniet
noun
  1. een ondeugend kind

Cross Translation:
FromToVia
deugniet Teufelin; Teufel devil — wicked or naughty person
deugniet Bengel; Strolch; Schlingel; Frechdachs rascal — someone who is naughty

Computerübersetzung von Drittern: