Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. kitten:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kitte (Niederländisch) ins Schwedisch

kitte form of kitten:

kitten Verb (kit, kitte, kitten, gekit)

  1. kitten
    klistra; limma
    • klistra Verb (klistrar, klistrade, klistrat)
    • limma Verb (limmar, limmade, limmat)

Konjugationen für kitten:

o.t.t.
  1. kit
  2. kit
  3. kit
  4. kitten
  5. kitten
  6. kitten
o.v.t.
  1. kitte
  2. kitte
  3. kitte
  4. kitten
  5. kitten
  6. kitten
v.t.t.
  1. heb gekit
  2. hebt gekit
  3. heeft gekit
  4. hebben gekit
  5. hebben gekit
  6. hebben gekit
v.v.t.
  1. had gekit
  2. had gekit
  3. had gekit
  4. hadden gekit
  5. hadden gekit
  6. hadden gekit
o.t.t.t.
  1. zal kitten
  2. zult kitten
  3. zal kitten
  4. zullen kitten
  5. zullen kitten
  6. zullen kitten
o.v.t.t.
  1. zou kitten
  2. zou kitten
  3. zou kitten
  4. zouden kitten
  5. zouden kitten
  6. zouden kitten
en verder
  1. is gekit
diversen
  1. kit!
  2. kit!
  3. gekit
  4. kittend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kitten:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
klistra kitten aan elkaar hangen; aan elkaar kleven; aaneenplakken; aanlijmen; hechten; iets vastkleven; kleven; klitten; lijmen; opplakken; plakken; vasthechten; vastlijmen; vastplakken
limma kitten aan elkaar hangen; aan elkaar kleven; aaneenplakken; aanlijmen; hechten; kleven; klitten; lijmen; opplakken; plakken; vasthechten; vastkleven; vastlijmen; vastplakken

Verwandte Wörter für "kitten":


Wiktionary Übersetzungen für kitten:


Cross Translation:
FromToVia
kitten källing; kattunge kitten — A young cat
kitten kattunge chaton — Petit chat