Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze vorig

Synonyms for "vorig" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

vorig:
- vorig; afgelopen; verleden

Niederländisch

Detailed Synonyms for vorig in Niederländisch

vorig:

vorig Adjektiv

vorig
vorig; afgelopen; verleden
- vorig Adjektiv
- afgelopen Adjektiv
- verleden Adjektiv
vorig

– wat eraan voorafgaat ¹
vorig; het verleden
– wat eraan voorafgaat ¹
- vorig Adjektiv
  - op de vorige bladzijde stond ook nog een fout¹
- verleden [het ~] Nomen
  - verleden week heb ik een fiets gekocht¹
vorig

– wat eerder gebeurd is ¹
vorig
– wat eerder gebeurd is ¹
- vorig Adjektiv
  - tijdens een van zijn vorige vakanties werd hij ziek¹

Verwandte Wörter für "vorig":

vorige

Alternate Synonyms for "vorig":

verleden

Antonyme für "vorig":

volgend

Verwandte Definitionen für "vorig":

wat eerder gebeurd is¹
- tijdens een van zijn vorige vakanties werd hij ziek¹
wat eraan voorafgaat¹
- op de vorige bladzijde stond ook nog een fout¹

¹Muiswerk Woordenboek