Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. overleg:
  2. overleggen:


Niederländisch

Detailed Synonyms for overleg in Niederländisch

overleg:

overleg [het ~] Nomen

  1. het overleg
    – het praten erover 1
    het overleg
    – het praten erover 1
    • overleg [het ~] Nomen
      • er was een overleg over dat probleem1
    de conferentie; de samenkomst; de beraadslaging
  2. het overleg
    – het praten erover 1
    het overleg
    – het praten erover 1
    • overleg [het ~] Nomen
      • er was een overleg over dat probleem1
  3. het overleg
    – met gebruik van je verstand 1
    het overleg
    – met gebruik van je verstand 1
    • overleg [het ~] Nomen
      • dat moet je met overleg doen1

Verwandte Wörter für "overleg":


Verwandte Definitionen für "overleg":

  1. het praten erover1
    • er was een overleg over dat probleem1
  2. met gebruik van je verstand1
    • dat moet je met overleg doen1

overleggen:

overleggen Verb (overleg, overlegt, overlegde, overlegden, overlegd)

  1. overleggen
    – het praten erover 1
    overwegen; beraadslagen
    • overwegen Verb (overweeg, overweegt, overwoog, overwogen, overwogen)
    • beraadslagen Verb (beraadslaag, beraadslaagt, beraadslaagde, beraadslaagden, beraadslaagd)
    overleggen
    – het praten erover 1
    • overleggen Verb (overleg, overlegt, overlegde, overlegden, overlegd)

Konjugationen für overleggen:

o.t.t.
  1. overleg
  2. overlegt
  3. overlegt
  4. overleggen
  5. overleggen
  6. overleggen
o.v.t.
  1. overlegde
  2. overlegde
  3. overlegde
  4. overlegden
  5. overlegden
  6. overlegden
v.t.t.
  1. heb overlegd
  2. hebt overlegd
  3. heeft overlegd
  4. hebben overlegd
  5. hebben overlegd
  6. hebben overlegd
v.v.t.
  1. had overlegd
  2. had overlegd
  3. had overlegd
  4. hadden overlegd
  5. hadden overlegd
  6. hadden overlegd
o.t.t.t.
  1. zal overleggen
  2. zult overleggen
  3. zal overleggen
  4. zullen overleggen
  5. zullen overleggen
  6. zullen overleggen
o.v.t.t.
  1. zou overleggen
  2. zou overleggen
  3. zou overleggen
  4. zouden overleggen
  5. zouden overleggen
  6. zouden overleggen
en verder
  1. is overlegd
  2. zijn overlegd
diversen
  1. overleg!
  2. overlegt!
  3. overlegd
  4. overleggend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwandte Wörter für "overleggen":


Related Synonyms for overleg