Übersicht


Niederländisch

Detailed Synonyms for bewust in Niederländisch

bewust:

bewust Adjektiv

  1. bewust
    bewust; welbewust
  2. bewust
  3. bewust
  4. bewust
    – beseffen dat je het doet 1
    bewust
    – beseffen dat je het doet 1
    • bewust Adjektiv
      • zij was zich er niet van bewust dat iedereen luisterde1
  5. bewust
    – dat of die je bedoelt 1
    bewust
    – dat of die je bedoelt 1
    • bewust Adjektiv
      • die bewuste dag was ik te laat1
  6. bewust
    – omdat hij het zo wilde 1
    bewust; expres
    – omdat hij het zo wilde 1
    • bewust Adjektiv
      • hij gaf bewust een verkeerd adres op1
    • expres Adjektiv
      • hij heeft expres gelogen1

Verwandte Wörter für "bewust":

  • bewustheid, bewuster, bewustere, bewuste

Alternate Synonyms for "bewust":


Verwandte Definitionen für "bewust":

  1. beseffen dat je het doet1
    • zij was zich er niet van bewust dat iedereen luisterde1
  2. dat of die je bedoelt1
    • die bewuste dag was ik te laat1
  3. omdat hij het zo wilde1
    • hij gaf bewust een verkeerd adres op1

Related Synonyms for bewust