Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. vermeerdering:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für vermeerdering (Niederländisch) ins Französisch

vermeerdering:

vermeerdering [de ~ (v)] Nomen

  1. de vermeerdering (aangroeiing; aanwas)
    la crue; l'hausse; l'ascension; la montée; la croissance; l'augmentation; l'accroissement; l'agrandissement
  2. de vermeerdering (toename; verhoging; vermedevuldigen; )
    l'augmentation; l'hausse; l'accroissement; la croissance; le rehaussement; le progrès; l'agrandissement; la montée; l'haussement

Übersetzung Matrix für vermeerdering:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
accroissement aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking aanvulling; aanwassen; bloei; expansie; groei; groeien; groeiproces; ontplooiing; ontwikkeling; toename; uitbreiding; uitzetting; vergroting; wasdom
agrandissement aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking aanvulling; expansie; groei; het groter worden; toename; uitbouwingen; uitbreiding; uitbreidingen; uitvergroting; uitzetten; uitzetting; vergroting; wijd worden
ascension aangroeiing; aanwas; vermeerdering beklimming; bergbeklimming; bestijging; klim; opklimmen; stijgen
augmentation aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking aanvulling; expansie; groei; loonsverbetering; loonsverhoging; opslag; opwaarderingscorrectie; salarisverhoging; toename; toename voorraad; uitbreiding; uitzetting; vergroting
croissance aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking aangroei; aanplant; aanwas; aanwassen; aanzwellen; begroeiing; bloei; gewas; groei; groeien; groeiproces; hausse; hoogconjunctuur; ontplooiing; ontwikkeling; schaalvergroting; uitdijen; uitdijing; wasdom
crue aangroeiing; aanwas; vermeerdering aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; begroeiing; cultuur; fok; fokkerij; gewas; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
hausse aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking bloei; groei; hausse; herleving; hoogconjunctuur; ontplooiing; ontwikkeling; opbloei; opleving; wasdom
haussement aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking
montée aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking aanvoerweg; beklimming; bestijging; bevordering; graad van doctor verkrijgen; inrit; klim; opgang; opklimmen; opklimming in rang; oprijden; oprijlaan; oprit; promotie; stijgen; trap
progrès aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking ontwikkelingsgang; ontwikkelingsgangen; progressie; verloop; voortgang; vooruitgang; vordering
rehaussement aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ascension sprong; stijging

Verwandte Wörter für "vermeerdering":