Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. kwakken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kwakkend (Niederländisch) ins Französisch

kwakken:

kwakken Verb (kwak, kwakt, kwakte, kwakten, gekwakt)

  1. kwakken (neerkwakken; smakken)
    détoner; jeter par terre
    • détoner Verb (détone, détones, détonons, détonez, )

Konjugationen für kwakken:

o.t.t.
  1. kwak
  2. kwakt
  3. kwakt
  4. kwakken
  5. kwakken
  6. kwakken
o.v.t.
  1. kwakte
  2. kwakte
  3. kwakte
  4. kwakten
  5. kwakten
  6. kwakten
v.t.t.
  1. heb gekwakt
  2. hebt gekwakt
  3. heeft gekwakt
  4. hebben gekwakt
  5. hebben gekwakt
  6. hebben gekwakt
v.v.t.
  1. had gekwakt
  2. had gekwakt
  3. had gekwakt
  4. hadden gekwakt
  5. hadden gekwakt
  6. hadden gekwakt
o.t.t.t.
  1. zal kwakken
  2. zult kwakken
  3. zal kwakken
  4. zullen kwakken
  5. zullen kwakken
  6. zullen kwakken
o.v.t.t.
  1. zou kwakken
  2. zou kwakken
  3. zou kwakken
  4. zouden kwakken
  5. zouden kwakken
  6. zouden kwakken
en verder
  1. is gekwakt
diversen
  1. kwak!
  2. kwakt!
  3. gekwakt
  4. kwakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

kwakken [de ~] Nomen, Plural

  1. de kwakken (kledders)

Übersetzung Matrix für kwakken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
éclaboussures kledders; kwakken geklots; gespat
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
détoner kwakken; neerkwakken; smakken knallen
jeter par terre kwakken; neerkwakken; smakken naar beneden gooien; neergooien; op de grond gooien

Verwandte Wörter für "kwakken":