Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. uitdenken:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für uitdenken (Niederländisch) ins Spanisch

uitdenken:

uitdenken Verb (denk uit, denkt uit, dacht uit, dachten uit, uitgedacht)

  1. uitdenken (verzinnen; bedenken; verdichten; fantaseren; voorwenden)
  2. uitdenken (uitknobbelen; uitkienen; uitdokteren)

Konjugationen für uitdenken:

o.t.t.
  1. denk uit
  2. denkt uit
  3. denkt uit
  4. denken uit
  5. denken uit
  6. denken uit
o.v.t.
  1. dacht uit
  2. dacht uit
  3. dacht uit
  4. dachten uit
  5. dachten uit
  6. dachten uit
v.t.t.
  1. heb uitgedacht
  2. hebt uitgedacht
  3. heeft uitgedacht
  4. hebben uitgedacht
  5. hebben uitgedacht
  6. hebben uitgedacht
v.v.t.
  1. had uitgedacht
  2. had uitgedacht
  3. had uitgedacht
  4. hadden uitgedacht
  5. hadden uitgedacht
  6. hadden uitgedacht
o.t.t.t.
  1. zal uitdenken
  2. zult uitdenken
  3. zal uitdenken
  4. zullen uitdenken
  5. zullen uitdenken
  6. zullen uitdenken
o.v.t.t.
  1. zou uitdenken
  2. zou uitdenken
  3. zou uitdenken
  4. zouden uitdenken
  5. zouden uitdenken
  6. zouden uitdenken
en verder
  1. ben uitgedacht
  2. bent uitgedacht
  3. is uitgedacht
  4. zijn uitgedacht
  5. zijn uitgedacht
  6. zijn uitgedacht
diversen
  1. denk uit!
  2. denkt uit!
  3. uitgedacht
  4. uitdenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für uitdenken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apretar aanschroeven; afklemmen; afknijpen; vastschroeven
fantasear fantaseren; opdissen
inventar fantaseren; opdissen
pensar denken; prakkizeren
planear zweefvliegen
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apretar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden aandrukken; afklemmen; afknellen; afknijpen; comprimeren; drukken; indrukken; induwen; ineen duwen; knellen; met gespannen voorwerp omsluiten; nijpen; omspannen; overspannen; persen; proppen; samenballen; samendrukken; samenpersen; schroeven; strak zitten; vastdrukken; vastknijpen
compendiar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden kort samenvatten; recapituleren; samenvatten
comprimir bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden beperken; bijsluiten; bijvoegen; comprimeren; contracteren; indammen; inkapselen; inperken; inpersen; insluiten; limiteren; omvatten; samendrukken; samenpersen; samentrekken; toevoegen
concentrarse bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden comprimeren; samendrukken; samenpersen
condensarse bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden condenseren
divagar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden ijlen; jachten; jagen; jakkeren; opschieten; reppen; snellen; spoeden; stressen; vliegen; zich haasten; zich spoeden
elaborar con ideas uitdenken; uitdokteren; uitkienen; uitknobbelen
estrujar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden comprimeren; fijnmaken; klemmen; knellen; kreukelen; kreuken; leegknijpen; omklemmen; persen; platdrukken; samendrukken; samenpersen; uitpersen; verbrijzelen; verfromfraaien; verfrommelen; vergruizen; verkreukelen; vermorzelen; verpletteren
fantasear bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen
idear bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen
imaginar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden
inventar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden huichelen; uitvinden
pensar bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden afwegen; bedenken; beschouwen; bespiegelen; considereren; denken; in overweging nemen; inleven; invoelen; meedenken; meeleven; mijmeren; nadenken; overdenken; overpeinzen; overwegen; peinzen; piekeren; prakkiseren; voelen
planear bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden indelen bij; planeren; plannen; zweefvliegen

Wiktionary Übersetzungen für uitdenken:

uitdenken
Cross Translation:
FromToVia
uitdenken inventar invent — design a new process or mechanism