Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. ach:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ach (Niederländisch) ins Englisch

ach:

ach Adjektiv

  1. ach
    alas
  2. ach (toe)
    ah; come on; there; come off it; please

Übersetzung Matrix für ach:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
please aangenaam aandoen; aangenaam maken; aanstaan; begeerte stillen; behagen; believen; bevallen; bevredigen; blij maken; gelieven; goeddunken; plezieren; tevreden stellen; tevredenstellen; vergenoegen; voldoening geven
AdverbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
alas ach
please ach; toe alsjeblieft; alstublieft; s.v.p.
there ach; toe aldaar; daar; daarheen; die kant uit; naartoe
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
there er; er was eens
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ah ach; toe helaas; och; wee
come off it ach; toe
come on ach; toe vooruit

Wiktionary Übersetzungen für ach:


Cross Translation:
FromToVia
ach ah; aha ah — Expression de divers sentiments