Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. archiveren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für archiveren (Niederländisch) ins Englisch

archiveren:

archiveren Verb (archiveer, archiveert, archiveerde, archiveerden, gearchiveerd)

  1. archiveren (opslaan; opbergen; bewaren)
    archivate; to store; to file; to organize; to organise
    • archivate Verb
    • store Verb (stores, stored, storing)
    • file Verb (files, filed, filing)
    • organize Verb, amerikanisch (organizes, organized, organizing)
    • organise Verb, britisch
    to document
    – record in detail 1
    • document Verb (documents, documented, documenting)
      • The parents documented every step of their child's development1
  2. archiveren
    archive
    – To move selected items to another location for long term storage. 2

Konjugationen für archiveren:

o.t.t.
  1. archiveer
  2. archiveert
  3. archiveert
  4. archiveren
  5. archiveren
  6. archiveren
o.v.t.
  1. archiveerde
  2. archiveerde
  3. archiveerde
  4. archiveerden
  5. archiveerden
  6. archiveerden
v.t.t.
  1. heb gearchiveerd
  2. hebt gearchiveerd
  3. heeft gearchiveerd
  4. hebben gearchiveerd
  5. hebben gearchiveerd
  6. hebben gearchiveerd
v.v.t.
  1. had gearchiveerd
  2. had gearchiveerd
  3. had gearchiveerd
  4. hadden gearchiveerd
  5. hadden gearchiveerd
  6. hadden gearchiveerd
o.t.t.t.
  1. zal archiveren
  2. zult archiveren
  3. zal archiveren
  4. zullen archiveren
  5. zullen archiveren
  6. zullen archiveren
o.v.t.t.
  1. zou archiveren
  2. zou archiveren
  3. zou archiveren
  4. zouden archiveren
  5. zouden archiveren
  6. zouden archiveren
diversen
  1. archiveer!
  2. archiveert!
  3. gearchiveerd
  4. archiverende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für archiveren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
archive annalen; archief; bestanden; computerbestanden; dossiers; gegevensbestand; opbergmappen; ordners
document acte; akte; bericht; bewijsstuk; document; geschreven stuk; geschrift; officieel stuk; papier; schriftuur; script
file bestand; colonne; dossier; file; gelid; hoofdboek; klapper; legger; map; opbergmap; ordner; rij; rij manschappen; vijl
store archief; bergplaats; depot; geweermagazijn; ligopslagplaats; magazijn; opslag; opslagplaats; opslagruimte; pakhuis; provisiekast; voorraadschuur; warenhuis
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
archivate archiveren; bewaren; opbergen; opslaan
archive archiveren comprimeren
document archiveren; bewaren; opbergen; opslaan documenteren
file archiveren; bewaren; opbergen; opslaan vijlen
organise archiveren; bewaren; opbergen; opslaan catalogiseren; coördineren; huis inrichten; ordenen; organiseren
organize archiveren; bewaren; opbergen; opslaan catalogiseren; coördineren; huis inrichten; ordenen; organiseren
store archiveren; bewaren; opbergen; opslaan bewaren; deponeren; hamsteren; opbergen; oppotten; opslaan; opzij leggen; potten; stallen; wegbergen; wegsluiten; wegzetten

Wiktionary Übersetzungen für archiveren:

archiveren
verb
  1. to archive