Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. dienstig zijn:


Niederländisch

Detailübersetzungen für dienstig zijn (Niederländisch) ins Deutsch

dienstig zijn:

dienstig zijn Verb (ben dienstig, bent dienstig, is dienstig, was dienstig, waren dienstig, dienstig geweest)

  1. dienstig zijn
    taugen
    • taugen Verb (tauge, taugst, taugt, taugte, taugtet, getaugt)

Konjugationen für dienstig zijn:

o.t.t.
  1. ben dienstig
  2. bent dienstig
  3. is dienstig
  4. zijn dienstig
  5. zijn dienstig
  6. zijn dienstig
o.v.t.
  1. was dienstig
  2. was dienstig
  3. was dienstig
  4. waren dienstig
  5. waren dienstig
  6. waren dienstig
v.t.t.
  1. ben dienstig geweest
  2. bent dienstig geweest
  3. is dienstig geweest
  4. zijn dienstig geweest
  5. zijn dienstig geweest
  6. zijn dienstig geweest
v.v.t.
  1. was dienstig geweest
  2. was dienstig geweest
  3. was dienstig geweest
  4. waren dienstig geweest
  5. waren dienstig geweest
  6. waren dienstig geweest
o.t.t.t.
  1. zal dienstig zijn
  2. zult dienstig zijn
  3. zal dienstig zijn
  4. zullen dienstig zijn
  5. zullen dienstig zijn
  6. zullen dienstig zijn
o.v.t.t.
  1. zou dienstig zijn
  2. zou dienstig zijn
  3. zou dienstig zijn
  4. zouden dienstig zijn
  5. zouden dienstig zijn
  6. zouden dienstig zijn
diversen
  1. ben dienstig!
  2. dienstig geweest
  3. dienstig zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für dienstig zijn:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
taugen dienstig zijn conveniëren; deugen; geschikt zijn; passen; passend zijn; uitkomen

Verwandte Übersetzungen für dienstig zijn