Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
-
werk in de tuin:
-
Wiktionary:
werk in de tuin → Gartenarbeit
-
Wiktionary:
Niederländisch
Detailübersetzungen für werk in de tuin (Niederländisch) ins Deutsch
werk in de tuin: (*Wort und Satz getrennt)
- Werk: Geschäft; Geschäftlich
- werk: Arbeit; Beruf; Fach; Tätigkeit; Beschäftigung; Werk; Schöpfung; Gebilde; Kunstwerk; Kreation; Meisterwerk; Kunstobjekt; Gesamtwerk; Lohnarbeit; Stelle; Stellung; Position; Funktion; Arbeitsplatz; Wirkungskreis
- werken: tun; arbeiten; verrichten; vorgehen; funktionieren; Erfolg; Wirkung; Tätigkeit; Arbeiten; Funktionieren
- in: zu; in; inerhalb
- innen: Innen; Geld einsammeln; einlösen; Geld einziehen; Forderung; Einforderung; Einkassieren
- invaren: einfahren; hineinfahren; hereinfahren
- de: das; der; die
- tuin: Garten
Wiktionary Übersetzungen für werk in de tuin:
werk in de tuin
noun
-
eine Arbeit zur Bestellung des Gartens mit Obst, Gemüse oder Blumen auf meist kleinen Anbauflächen
Verwandte Übersetzungen für werk in de tuin
Deutsch
Detailübersetzungen für werk in de tuin (Deutsch) ins Niederländisch
werk in de tuin: (*Wort und Satz getrennt)
- Werk: werk; kunstwerk; meesterwerk; fabriek; oeuvre; verzamelde werken; actie; handeling; daad; aktie
- in: in; te
- Öde: leegte; ledigheid; troosteloze omgeving
- öde: verlaten; eenzaam; afgezonderd; desolaat; vervelend; saai; eentonig; suf; monotoon; afgezaagd; slaapverwekkend; lastig; rot; melig; ellendig; langdraadig; langwijlig; droog; dor; verdord; langdradig; taai; zonder afleiding; uitgestorven; mager; schraal; verbitterd; karig; pover; armzalig; schamel; doods; vereenzaamd; bitter teleurgesteld