Home ->Wörterbücher ->Spanisch/Niederländisch ->übersetze radicar

übersetze radicar von Spanische ins Niederländisch

Übersicht

Spanisch nach Niederländisch: mehr Daten

radicar:
- wortelen; wortel schieten; vastgroeien
Wiktionary:
- radicar → bevinden

Spanisch

Detailübersetzungen für radicar (Spanisch) ins Niederländisch

radicar:

radicar Verb

radicar (echar raíces; arraigar)
wortelen; wortel schieten; vastgroeien
- wortelen Verb (wortel, wortelt, wortelde, wortelden, geworteld)
- wortel schieten Verb (schiet wortel, schoot wortel, schoten wortel, wortel geschoten)
- vastgroeien Verb (groei vast, groeit vast, groeide vast, groeiden vast, vastgegroeid)

Übersetzung Matrix für radicar:

Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
vastgroeien	arraigar; echar raíces; radicar
wortel schieten	arraigar; echar raíces; radicar
wortelen	arraigar; echar raíces; radicar

Synonyms for "radicar":

arraigar; estar; encontrarse; hallarse
consistir; estribar; basarse; fundamentarse; residir; reposar; descansar; asentarse; apoyarse; reclinar
enraizar; afincarse; establecerse
vivir; morar; poblar; habitar

Wiktionary Übersetzungen für radicar:

radicar

verb

op een bepaalde plaats zijn
- bevinden → hallarse; encontrarse; hacerse; radicar; estar; ubicarse; ubicar