Übersicht


Niederländisch

Detailübersetzungen für te pakken krijgen (Niederländisch) ins Französisch

te pakken krijgen:

te pakken krijgen Verb (krijg te pakken, krijgt te pakken, kreeg te pakken, kregen te pakken, te pakken gekregen)

  1. te pakken krijgen (iets bemachtigen; verkrijgen)
    obtenir; recevoir; acquérir; gagner; remporter; prendre; saisir; réaliser; usurper; capturer; se saisir de; se rendre maître de; s'emparer de
    • obtenir Verb (obtiens, obtient, obtenons, obtenez, )
    • recevoir Verb (reçois, reçoit, recevons, recevez, )
    • acquérir Verb (acquiers, acquiert, acquérons, acquérez, )
    • gagner Verb (gagne, gagnes, gagnons, gagnez, )
    • remporter Verb (remporte, remportes, remportons, remportez, )
    • prendre Verb (prends, prend, prenons, prenez, )
    • saisir Verb (saisis, saisit, saisissons, saisissez, )
    • réaliser Verb (réalise, réalises, réalisons, réalisez, )
    • usurper Verb (usurpe, usurpes, usurpons, usurpez, )
    • capturer Verb (capture, captures, capturons, capturez, )
  2. te pakken krijgen
    saisir; attraper
    • saisir Verb (saisis, saisit, saisissons, saisissez, )
    • attraper Verb (attrape, attrapes, attrapons, attrapez, )

Konjugationen für te pakken krijgen:

o.t.t.
  1. krijg te pakken
  2. krijgt te pakken
  3. krijgt te pakken
  4. krijgen te pakken
  5. krijgen te pakken
  6. krijgen te pakken
o.v.t.
  1. kreeg te pakken
  2. kreeg te pakken
  3. kreeg te pakken
  4. kregen te pakken
  5. kregen te pakken
  6. kregen te pakken
v.t.t.
  1. heb te pakken gekregen
  2. hebt te pakken gekregen
  3. heeft te pakken gekregen
  4. hebben te pakken gekregen
  5. hebben te pakken gekregen
  6. hebben te pakken gekregen
v.v.t.
  1. had te pakken gekregen
  2. had te pakken gekregen
  3. had te pakken gekregen
  4. hadden te pakken gekregen
  5. hadden te pakken gekregen
  6. hadden te pakken gekregen
o.t.t.t.
  1. zal te pakken krijgen
  2. zult te pakken krijgen
  3. zal te pakken krijgen
  4. zullen te pakken krijgen
  5. zullen te pakken krijgen
  6. zullen te pakken krijgen
o.v.t.t.
  1. zou te pakken krijgen
  2. zou te pakken krijgen
  3. zou te pakken krijgen
  4. zouden te pakken krijgen
  5. zouden te pakken krijgen
  6. zouden te pakken krijgen
en verder
  1. ben te pakken gekregen
  2. bent te pakken gekregen
  3. is te pakken gekregen
  4. zijn te pakken gekregen
  5. zijn te pakken gekregen
  6. zijn te pakken gekregen
diversen
  1. krijg te pakken!
  2. krijgt te pakken!
  3. te pakken gekregen
  4. te pakken krijgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für te pakken krijgen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
acquérir iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aankopen; aanschaffen; acquireren; halen; kopen; opkopen; overnemen; pakken; verkrijgen; verwerven
attraper te pakken krijgen aanhouden; aanklampen; aanpakken; afvangen; arresteren; beet nemen; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; betrappen; buitmaken; foppen; gevangennemen; graaien; grijpen; grissen; in de maling nemen; in hechtenis nemen; inrekenen; jatten; klauwen; onderscheppen; ondervangen; onderweg opvangen; onverlangd krijgen; opdoen; oplopen; oppakken; opvangen; pakken; pikken; snaaien; snappen; te pakken nemen; tepakkenkrijgen; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verstrikken; voor de gek houden; wegkapen
capturer iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aanhouden; arresteren; buitmaken; eigen maken; gevangennemen; iets bemachtigen; in hechtenis nemen; inrekenen; kopen; opnemen; oppakken; vangen; vatten; verkrijgen; verwerven
gagner iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen behalen; bekruipen; besparen; binnenbrengen; binnenhalen; de overwinning behalen; eigen maken; geld besparen; gewinnen; halen; het gevoel krijgen; iets bemachtigen; kopen; matigen; minder gebruiken; overmannen; overmeesteren; overweldigen; overwinnen; pakken; te boven komen; verdienen; verkrijgen; verslaan; verwerven; winnen; zegevieren; zich meester maken van
obtenir iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aanschaffen; behalen; bemachtigen; binnenbrengen; binnenhalen; eigen maken; halen; iets bemachtigen; kopen; pakken; toekrijgen; verkrijgen; verwerven; winnen
prendre iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aangaan; aanhouden; aanklampen; aannemen; aanpakken; aanvaarden; aanvangen; aanwerven; aanwrijven; absorberen; accepteren; achteroverdrukken; afhalen; afhalen en meenemen; afnemen; arresteren; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; beginnen; benemen; beroven van; beschuldigen; bevangen; bezetten; bezigen; binden; blameren; boeien; buitmaken; cadeau aannemen; depriveren; eigen maken; fascineren; gappen; gebruik maken van; gebruiken; gevangennemen; graaien; grijpen; grissen; hanteren; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; iets bemachtigen; iets halen; in ontvangst nemen; ingrijpen; inpikken; inrekenen; intrigeren; jatten; kapen; ketenen; kiezen; klauwen; kluisteren; kopen; kwalijk nemen; laken; leegstelen; meenemen; nadragen; nemen; ondernemen; ontfutselen; ontnemen; ontoegankelijk maken; ontvangen; ontvreemden; ophalen; opnemen; oppakken; oppikken; oprapen; opslorpen; opslurpen; opsnappen; pakken; pikken; plunderen; rekruteren; roven; schiften; selecteren; selectie toepassen; snaaien; starten; stelen; te kort doen; toegrijpen; toetasten; toeëigenen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; van start gaan; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; verkrijgen; veroveren; verstrikken; vervreemden; verwerven; voor de voeten gooien; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; werven; zich bedienen; ziften
recevoir iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aannemen; aanvaarden; accepteren; binnenhalen; eigen maken; iets bemachtigen; in ontvangst nemen; kopen; krijgen; onthalen; ontvangen; opstrijken; vergasten; verkrijgen; verwerven
remporter iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen afvoeren; binnenbrengen; binnenhalen; eigen maken; iets bemachtigen; kopen; meedragen; verkrijgen; verwerven; wegdragen; wegsjouwen; wegslepen; wegvoeren
réaliser iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen arbeiden; bedingen; begrijpen; behalen; bewerkstelligen; doen; fixen; handelen; in het leven roepen; inzien; klaarspelen; lappen; maken; met het verstand vatten; realiseren; regisseren; scheppen; snappen; ten gelde maken; tot stand brengen; tot stand komen; totstandbrengen; uitrichten; uitvoeren; verkrijgen; verrichten; verwerkelijken; verwezenlijken; voor elkaar krijgen; werken; winnen; zich voltrekken
s'emparer de iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen bemachtigen; eigen maken; grijpen; iets bemachtigen; klauwen; kopen; pakken; tepakkenkrijgen; vangen; vatten; verkrijgen; veroveren; verstrikken; verwerven
saisir iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen aanhouden; aanklampen; aanpakken; aanvatten; afvangen; arresteren; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; beginnen te snappen; begrijpen; beseffen; bevangen; binden; boeien; doorkrijgen; doorzien; doorzien hebben; fascineren; frapperen; gevangennemen; grijpen; in hechtenis nemen; ingrijpen; inrekenen; intrigeren; inzien; ketenen; klauwen; klemmen; kluisteren; knellen; met handen omvatten; met het verstand vatten; omklemmen; omspannen; onderkennen; onderscheppen; ondervangen; onderweg opvangen; oppakken; opvangen; pakken; realiseren; snappen; toegrijpen; toeslaan; toetasten; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verbeurdverklaren; verstaan; verstrikken; wat neervalt opvangen; zich bedienen
se rendre maître de iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen eigen maken; iets bemachtigen; kopen; verkrijgen; verwerven
se saisir de iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen bemachtigen; eigen maken; iets bemachtigen; kopen; verkrijgen; verwerven
usurper iets bemachtigen; te pakken krijgen; verkrijgen eigen maken; iets bemachtigen; in bezit nemen; kopen; toeëigenen; verkrijgen; verwerven; zich aanmatigen

Verwandte Übersetzungen für te pakken krijgen