Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. stollen:
  2. stol:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für stollen (Niederländisch) ins Französisch

stollen:

stollen Verb (stol, stolt, stolde, stolden, gestold)

  1. stollen (geconcentreerder worden; dikker worden)
    grossir; épaissir; rendre épais
    • grossir Verb (grossis, grossit, grossissons, grossissez, )
    • épaissir Verb (épaissis, épaissit, épaississons, épaississez, )

Konjugationen für stollen:

o.t.t.
  1. stol
  2. stolt
  3. stolt
  4. stollen
  5. stollen
  6. stollen
o.v.t.
  1. stolde
  2. stolde
  3. stolde
  4. stolden
  5. stolden
  6. stolden
v.t.t.
  1. ben gestold
  2. bent gestold
  3. is gestold
  4. zijn gestold
  5. zijn gestold
  6. zijn gestold
v.v.t.
  1. was gestold
  2. was gestold
  3. was gestold
  4. waren gestold
  5. waren gestold
  6. waren gestold
o.t.t.t.
  1. zal stollen
  2. zult stollen
  3. zal stollen
  4. zullen stollen
  5. zullen stollen
  6. zullen stollen
o.v.t.t.
  1. zou stollen
  2. zou stollen
  3. zou stollen
  4. zouden stollen
  5. zouden stollen
  6. zouden stollen
diversen
  1. stol!
  2. stolt!
  3. gestold
  4. stollend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für stollen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
grossir dikker worden; geconcentreerder worden; stollen aandikken; aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; bollen; de hoogte ingaan; dik worden; dikker worden; expanderen; gedijen; groeien; groter worden; iets overdreven voorstellen; laten exploderen; omhoog komen; omhoog rijzen; omhooggaan; omhoogstijgen; opblazen; opbollen; openen; opkloppen; opschroeven; opzetten; opzwellen; overdreven voorstellen; overdrijven; rijzen; stijgen; talrijker maken; toenemen; uitbouwen; uitbreiden; uitdijen; uitzwellen; verbreiden; verdikken; vergroten; vermeerderen; verruimen; verwijden; zwellen
rendre épais dikker worden; geconcentreerder worden; stollen door koken dikker maken; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken
épaissir dikker worden; geconcentreerder worden; stollen door koken dikker worden; indikken; opstijven; verdikken

Verwandte Wörter für "stollen":


Wiktionary Übersetzungen für stollen:

stollen
verb
  1. overgaan van een vloeibare naar een vaste toestand

Cross Translation:
FromToVia
stollen cailler; coaguler clot — to form into a clot
stollen cailler gerinnen — zusammenklumpen und ausfallen einer Substanz aus einer Suspension oder Lösung

stol:

stol [de ~ (m)] Nomen

  1. de stol

Übersetzung Matrix für stol:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
grand pain aux raisins stol

Verwandte Wörter für "stol":


Verwandte Übersetzungen für stollen