Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. opkomen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für opkomen (Niederländisch) ins Französisch

opkomen:

opkomen Verb (kom op, komt op, kwam op, kwamen op, opgekomen)

  1. opkomen (opdagen; verschijnen; opduiken)
    apparaître; surgir; arriver
    • apparaître Verb (apparais, apparaît, apparaissons, apparaissez, )
    • surgir Verb (surgis, surgit, surgissons, surgissez, )
    • arriver Verb (arrive, arrives, arrivons, arrivez, )

Konjugationen für opkomen:

o.t.t.
  1. kom op
  2. komt op
  3. komt op
  4. komen op
  5. komen op
  6. komen op
o.v.t.
  1. kwam op
  2. kwam op
  3. kwam op
  4. kwamen op
  5. kwamen op
  6. kwamen op
v.t.t.
  1. ben opgekomen
  2. bent opgekomen
  3. is opgekomen
  4. zijn opgekomen
  5. zijn opgekomen
  6. zijn opgekomen
v.v.t.
  1. was opgekomen
  2. was opgekomen
  3. was opgekomen
  4. waren opgekomen
  5. waren opgekomen
  6. waren opgekomen
o.t.t.t.
  1. zal opkomen
  2. zult opkomen
  3. zal opkomen
  4. zullen opkomen
  5. zullen opkomen
  6. zullen opkomen
o.v.t.t.
  1. zou opkomen
  2. zou opkomen
  3. zou opkomen
  4. zouden opkomen
  5. zouden opkomen
  6. zouden opkomen
diversen
  1. kom op!
  2. komt op!
  3. opgekomen
  4. opkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für opkomen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apparaître doen voorkomen; schijnen
arriver plaatsvinden
surgir opwellen
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apparaître opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen aan het licht komen; er uitzien; eruit zien; lijken; ogen; ontdekt worden; opdoemen; schijnen; tevoorschijn komen; toeschijnen; uitkomen; uitkomen van geheim; verrijzen; verschijnen; voor de dag komen; voordoen
arriver opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen aankomen; aflopen; arriveren; bedingen; bekruipen; belanden; bewerkstelligen; eindigen; finishen; fixen; gebeuren; geraken; geschieden; het gevoel krijgen; in aantocht zijn; klaarspelen; lappen; overkomen; overmannen; overmeesteren; overwaaien; overweldigen; passeren; plaats hebben; plaats vinden; plaatsvinden; snel komen; terechtkomen; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; verzeilen; voor elkaar krijgen; voorbijgaan; voorbijtrekken; voordoen; voorvallen; zich aandienen; zich meester maken van; zich voordoen
surgir opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen gaan staan; omhoog schieten; omhoogrijzen; opdoemen; oprijzen; opschieten; opstaan; rijzen; uit de grond schieten; verrijzen
- opgaan

Synonyms for "opkomen":


Verwandte Definitionen für "opkomen":

  1. omhoog komen1
    • de maan kwam op1
  2. hem in bescherming nemen1
    • hij komt op voor die arme mensen1

Wiktionary Übersetzungen für opkomen:

opkomen
verb
  1. zichzelf of iemand anders verdedigen
  2. omhoogkomen
  3. naar een bijeenkomst gaan
  4. op toneel verschijnen
  5. tot ontwikkeling komen

Cross Translation:
FromToVia
opkomen se lever rise — of a celestial body: to appear to move from behind the horizon

Verwandte Übersetzungen für opkomen