Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. inclusief:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für inclusief (Niederländisch) ins Französisch

inclusief:

inclusief Adjektiv

  1. inclusief (inbegrepen; met inbegrip van; ingesloten; mee inberekend; incluis)
    inclus; inclusivement; compris; y compris; ci-inclus; enfermé; ci-joint

Übersetzung Matrix für inclusief:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
inclus inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd; ingesloten; inliggend; inline; omsingeld
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ci-inclus inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van bij deze; bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd; hierbij; hiermee; inliggend; met dit
ci-joint inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van bij deze; bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd; hierbij; hiermee; ingesloten; inliggend; met dit; omsingeld
compris inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van begrepen
enfermé inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van gevangen; gevangen genomen; geïnterneerd; opgesloten; vastgezet
inclusivement inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van tot de dienst behorend
y compris inbegrepen; incluis; inclusief; ingesloten; mee inberekend; met inbegrip van

Wiktionary Übersetzungen für inclusief:

inclusief
adjective
  1. met inbegrip van