Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. onbloot:


Niederländisch

Detailübersetzungen für onbloot (Niederländisch) ins Deutsch

onbloot:

onbloot Adjektiv

  1. onbloot (naakt; bloot)
    bloß; nackt; entblößt

Übersetzung Matrix für onbloot:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bloß bloot; naakt; onbloot alleen maar; enkel; ontbloot; slechts
entblößt bloot; naakt; onbloot blootgelegd; ontbloot
nackt bloot; naakt; onbloot ongekleed; ontbloot; zonder bekleding