Englisch

Detailübersetzungen für spend (Englisch) ins Niederländisch

spend:

to spend Verb (spends, spent, spending)

  1. to spend (pay)
    besteden; uitgeven; spenderen
    • besteden Verb (besteed, besteedt, besteedde, besteedden, besteed)
    • uitgeven Verb
    • spenderen Verb (spendeer, spendeert, spendeerde, spendeerden, gespendeerd)
  2. to spend (pass)
    besteden; doorbrengen; slijten
    • besteden Verb (besteed, besteedt, besteedde, besteedden, besteed)
    • doorbrengen Verb (breng door, brengt door, bracht door, brachten door, doorgebracht)
    • slijten Verb (slijt, sleet, sleten, gesleten)
  3. to spend (consume; use up; use)
    verbruiken; opmaken; doorjagen
    • verbruiken Verb (verbruik, verbruikt, verbruikte, verbruikten, verbruikt)
    • opmaken Verb (maak op, maakt op, maakte op, maakten op, opgemaakt)
    • doorjagen Verb
  4. to spend
  5. to spend (squander)
    opmaken; potverteren
    • opmaken Verb (maak op, maakt op, maakte op, maakten op, opgemaakt)
    • potverteren Verb (potverteer, potverteert, potverteerde, potverteerden, potverteerd)

Konjugationen für spend:

present
  1. spend
  2. spend
  3. spends
  4. spend
  5. spend
  6. spend
simple past
  1. spent
  2. spent
  3. spent
  4. spent
  5. spent
  6. spent
present perfect
  1. have spent
  2. have spent
  3. has spent
  4. have spent
  5. have spent
  6. have spent
past continuous
  1. was spending
  2. were spending
  3. was spending
  4. were spending
  5. were spending
  6. were spending
future
  1. shall spend
  2. will spend
  3. will spend
  4. shall spend
  5. will spend
  6. will spend
continuous present
  1. am spending
  2. are spending
  3. is spending
  4. are spending
  5. are spending
  6. are spending
subjunctive
  1. be spent
  2. be spent
  3. be spent
  4. be spent
  5. be spent
  6. be spent
diverse
  1. spend!
  2. let's spend!
  3. spent
  4. spending
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Übersetzung Matrix für spend:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
opmaken draft; draw up; edit; formulate
slijten tiring out; wearing out
uitgeven publication; publishing
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
besteden pass; pay; spend
doorbrengen pass; spend
doorjagen consume; spend; use; use up
iets uitgeven spend
opmaken consume; spend; squander; use; use up adorn; burn up; consume; decorate; dress; dunnage; finish; garnish; get started; make a start; make up; make-up; ornament; put on make-up; trim; use up
potverteren spend; squander
slijten pass; spend become worn; get worn out; sell; wear out
spenderen pay; spend
uitgeven pay; spend issue; launch; publish; release; start
verbruiken consume; spend; use; use up consume; use; utilise; utilize
- drop; expend; pass
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
verbruiken consume

Verwandte Wörter für "spend":


Synonyms for "spend":


Verwandte Definitionen für "spend":

  1. pay out1
    • spend money1
  2. spend completely1
    • I spend my pocket money in two days1
  3. pass time in a specific way1
    • how are you spending your summer vacation?1

Wiktionary Übersetzungen für spend:

spend
verb
  1. -
spend
verb
  1. schaarse middelen een bestemming geven
  2. een zekere tijd ergens verblijven
  3. financiële middelen aanspreken

Cross Translation:
FromToVia
spend slijten; verslijten; verbrengen verbringenbesonders mit Angaben von Zeit und Zeiträumen (Jugend, Alter, Leben, Ferien, Wochenende, usw.): eine Zeitdauer verstreichen lassen
spend besteden; spanderen; spenderen; uitgeven; verteren dépenser — Employer telle ou telle somme à l’achat de telle ou telle chose.

Verwandte Übersetzungen für spend